zondag 14 juni 2009

Qoyllur Riti

Na de wat serieuze en droevige verhalen van de afgelopen week is het nu tijd voor iets vrolijkers en luchtigers. Vorig weekend ben ik samen met Suzanne en Jaime (2 vrienden uit Cusco) naar het religieuze festival Qoyllur Riti geweest. Ik had er weinig over gehoord en gelezen en wist er dus niet zoveel van af behalve dat het prachtig moest zijn. En dat was het zeker! Het festival heeft al mijn verwachtingen overtroffen en het is beslist een van de mooiste dingen die ik ooit heb gezien.

Qoyllur Riti is eigenlijk een bizar festival. Ik begrijp er nog steeds het fijne niet van, maar misschien is dat juist de charme ervan. Het festival duurt 3 dagen en begint met een pelgrimstocht naar de plek waar in 1783 een afbeelding van Christus zou zijn verschenen. Gedurende de drie dagen wordt er op deze plek gedanst, gezongen en gebeden. Er zijn kerkdiensten, mensen branden kaarsjes en staan uren in de rij om de kerk in te kunnen. Het festival heeft dus een erg christelijk karakter. Toch bestond het festival waarschijnlijk al lang voordat in 1783 christus zou zijn verschenen. Alleen draaide het festival toen niet om christus, maar om de 'apus' (de berggoden). Ook dat element zie je tegenwoordig nog sterk terug. Met name op de derde dag, de belangrijkste dag van het festival, wanneer de mensen de gletsjer beklimmen, er rituelen uitvoeren en terugkeren met blokken ijs die dienen als heilig water. Het festival draait dus zeker ook om het aanbidden en zoet houden van de apus. Een duidelijkere mix tussen het christelijk geloof en het geloof in natuurgoden is nauwelijks denkbaar.

Het festival wordt jaarlijks door duizenden indigenas bezocht. Het schijnt dat sommigen zelfs uit Bolivia, Chili en Ecuador komen. Naast de indigenas wordt het festival ook bezocht door enkele tientallen toeristen, waaronder dus wij.

Om zes uur vertrokken we in een busje vanaf Cusco naar het dorpje Mawayani, het beginpunt van de pelgrimstocht gelegen op 4.600 m. hoogte. De omgeving onderweg was prachtig, maar daar hebben we alle drie weinig van meegekregen omdat we heerlijk lagen te slapen. Het dorpje Mawayani is normaal gesproken redelijk uitgestorven, maar nu krioelde het er van de bussen, auto's, kraampjes, mensen en dieren. Rond 9 uur begonnen we aan de pelgrimstocht. Meteen werden we ingehaald door een van de honderden groepen die jaarlijks deze tocht maken. Elke groep wordt begeleid door een muziekband en dus liepen we met een traditioneel muziekje op de achtergrond omhoog. Ik vind het trouwens ongelofelijk dat deze mensen op deze hoogte al wandelend een fluit kunnen bespelen. Het eerste deel van de tocht was ontzettend steil en ik kwam al snel nauwelijks meer vooruit. Gelukkig hoefden we alleen in het begin te stijgen en was de route daarna redelijk vlak.

De pelgrimstocht voert langs een aantal kruizen en bij elk kruis stoppen de groepen en voeren ze een ritueel uit. Erg mooi en bijzonder om te zien. Bij elk van de kruizen besloten wij, net als de pelgrims, even een moment uit te rusten en van het spektakel, de mensen en het uitzicht te genieten.

Hoe langer we liepen, hoe drukker het werd. Uiteindelijk liepen we bijna in file omhoog. En de hele tijd werden we begeleid door muziek en zang van de tientallen groepen om ons heen. Echt prachtig.

Tegen het einde leek het wel alsof mijn rugzak twee keer zo zwaar was geworden en of mijn hart uit mijn lijf bonkte, maar na 5 uur lopen kwamen dan toch aan bij het heiligdom op ongeveer 4.800 m. hoogte. De eerste aanblik van het terrein was ronduit indrukwekkend. Duizenden en duizenden mensen waren voor ons al aangekomen en er stonden overal tentjes.

We besloten eerst even wat te gaan eten bij een van de vele eettentjes. Ik vind het echt onbegrijpelijk hoe die mensen van die eettentjes erin zijn geslaagd om complete gasfornuizen, gasflessen, zakken aardappels, bankjes, varkenskadavers, en enorme pannen mee naar boven te nemen. Er moet echt een heel leger paarden aan te pas zijn gekomen om al die spullen op die plek te krijgen. Na het eten zochten we een plekje voor onze tentjes en zetten we onze tentjes op. Inmiddels was het al redelijk laat en werd het steeds kouder. 's Avonds hebben we nog even rondgelopen op het terrein en ons vergaapt aan de vele dansgroepen, de honderden brandende kaarsjes, en de duizenden toeschouwers. De energie en toewijding van de mensen op die plek is echt niet te beschrijven. Vanuit onze tentjes hebben we later op de avond nog een tijdje genoten van het uitzicht op het terrein en de enorme kakofonie aan muziek, zang en geroep.

Rond een uur of negen vielen we bijna om van de slaap en besloten we onze slaapzakken in te duiken. Met kleren aan welteverstaan, want het kwik was inmiddels onder nul gedaald en het was pas negen uur. Ik had een maillot aan, een gevoerde broek, 2 paar sokken en een paar oversokken, 2 t-shirts, een trui, 2 fleece vesten, een muts en handschoenen en zo ben ik mijn slaapzak ingedoken. Echt lekker heb ik trouwens niet geslapen, want ik rolde heel de tijd naar de zijkant, had het af en toe toch nog koud en op de achtergrond klonk de hele nacht door muziek, zang en vuurwerk. Toen ik om 5 uur 's ochtends mijn tent uitkroop had ik het idee dat mijn handen ter plekke bevroren. Ik was verbaasd te zien dat om onze tentjes heen mensen in deze kou gewoon in de buitenlucht sliepen onder wat dekens en soms een stuk plastic.

Omdat ik toch niet meer kon slapen ben ik maar op een steen naast mijn tentje gaan zitten om te genieten van het uitzicht. Om half 6 's ochtends stonden er alweer (of nog steeds) honderden mensen en dansgroepen in de rij om de kerk in te mogen. Rond een uur of zes bleek dat wij onze tentjes hadden opgezet op een plek die eigenlijk van anderen was (omdat zij de plek vlak hadden gemaakt?!) en dus moesten in allerijl onze tentjes worden afgebroken.

We besloten te gaan ontbijten en betaalden de mensen van het eettentje wat om de rest van de ochtend op onze tassen te letten. Inmiddels was de zon gaan schijnen en werd het steeds warmer. Het is echt onbegrijpelijk dat je 's nachts bijna doodvriest terwijl je overdag bij wijze van spreken in een t-shirtje rond zou kunnen lopen. Tijdens onze wandeling over het terrein kwamen we op een plek waar nog een belangrijk aspect van het festival ten uitvoer werd gebracht. Honderden mensen waren namelijk bezig met het bouwen van kleine huisjes van stenen. Die werden vervolgens ingewijd met een vuurwerkrotje en een nepkoopakte, ondertekend door een nepnotaris. Mensen hier geloven namelijk dat ze door dingen te simuleren en door te bidden tot de señor de Qoyllur Riti het geluk over zich kunnen afroepen. Wil je volgend jaar graag een nieuw huis, dan bouw je hier een huisje van stenen. Wil je volgend jaar trouwen dan simuleer je hier de trouwceremonie. Wil je graag een auto dan koop je een van de vele speelgoedautootjes bij de kraampjes. En wil je graag rijk zijn dan koop je nepgeld, in soles of dollars verkrijgbaar. Het leek wel alsof alle volwassenen ter plekke kind waren geworden. Prachtig om te zien.

Rond het middaguur besloten we de terugweg aan te vangen. Deze keer met onze rugzakken op een paard, want we hadden geen zin meer om nog een keer onze spullen zelf te moeten dragen. Helaas hebben we de derde dag van het festival moeten missen, maar deze twee dagen waren al mooier dan ik ooit had gedacht. Ik ben erg onder de indruk van de devotie, energie en kracht van al die duizenden pelgrims. Het mooie is dat we in die twee dagen misschien een dertigtal toeristen hebben gezien tegenover duizenden indigenas. Dat bewijst maar weer dat dit festival nog authentiek is. Het is écht en wordt niet in stand gehouden of opgezet voor toeristen, zoals zoveel van de festivals in Cusco. Een ervaring om nooit te vergeten. Volgend jaar ga ik zeker weer, maar dan samen met Barry.

Het filmpje hieronder geeft een goed beeld van het festival. Probeer niet te letten op de irritante voice over en geniet van de beelden.


Spanglish

In Nederland heb je het boekje "I always get my sin", vol met voorbeelden van fout gebruik van het Engels door Nederlanders. Dit wordt ook wel Dinglish genoemd. In het Spaans heb je Spanglish, oftewel fout gebruik van het Engels door Spaanstaligen. Hieronder een mooi voorbeeld:

In het Spaans: kamers/ruimtes (locales) te huur.

In het Engels: lokale mensen (locals) te huur.

dinsdag 9 juni 2009

Bloedbad in de Peruaanse Amazone

In de Peruaanse Amazone zijn al wekenlang meer dan 30.000 inheemse mensen in opstand tegen de regering. Een vreedzame opstand welteverstaan. Tot afgelopen vrijdagochtend…

Toen besloot de Peruaanse regering namelijk dat het maar eens afgelopen moest zijn met de stakingen en wegblokkades. Helaas is de politie in Peru niet zo vreedzaam als de inheemse demonstranten. Met harde hand, dat wil zeggen door te schieten op de demonstranten, zijn de wegen ontruimd, met als gevolg tientallen doden. Het officiële dodenaantal is niet bekend; verschillende bronnen spreken elkaar wat dat betreft tegen, uiteraard afhankelijk van hun standpunt in het conflict. Vlak na de confrontatie tussen de politie en de demonstranten meldde de regering dat er 9 heldhaftige politieagenten waren gestorven en slechts 3 demonstranten. Later werd gesproken over 22 gesneuvelde agenten en 9 burgerslachtoffers. Het lijkt alsof de regering (en de officiële media!) de situatie rooskleuriger wil laten lijken dan hij is, want vanuit het gebied zelf kwamen al snel berichten over veel meer burgerslachtoffers. Minstens 25 inheemsen zouden zijn gedood en later op de dag werd door sommige bronnen zelfs gesproken over 40-84 doden. Daarnaast zijn er meer dan honderd gewonden, waaronder minstens 3 kinderen met schotwonden. Het ziekenhuis van Bagua (de plaats van de confrontatie) is inmiddels gesloten omdat ze de stroom gewonden niet meer aankan.

Ooggetuigenverslagen (waaronder het verslag van 2 Belgische vrijwilligers die toevallig ter plekke waren) doet vermoeden dat de politie vanuit helikopters gericht op de menigte demonstranten heeft geschoten. Een medewerker van Amazone Watch meldt dat op radiofragmenten van de politie te horen is dat het bevel wordt gegeven "shoot the dogs in the head". De politie zegt dat de inheemsen begonnen met schieten en het hun taak is de orde te herstellen. Leiders van de inheemse bevolkingsgroepen spreken dit tegen en zeggen dat de demonstranten slechts gewapend waren met hun traditionele speren. Waarschijnlijk klopt dat verhaal ook niet helemaal, want er zijn wel degelijk ook agenten neergeschoten. Feit blijft dat er buitensporig veel geweld is gebruikt door de Peruaanse oproerpolitie, wat uitermate verwerpelijk is. Ook zijn er geruchten dat de politie lijken van inheemsen in de rivier dumpt, verbrandt of meeneemt om het dodenaantal te drukken. Meer dan 70 demonstranten zijn gearresteerd, waaronder verschillende minderjarigen volgens Amnesty International. Voor hun lot wordt gevreesd, omdat niemand weet waar ze zijn. Op dit moment is het geweld gestopt, maar de situatie is gespannen. In het gehele departement Chachapoyas geldt op dit moment de noodtoestand.

De leider van de inheemse bevolkingsgroepen Alberto Pizango was in Lima op het moment van de confrontatie. Direct na het bloedbad heeft hij een persconferentie gegeven waarin hij president Alan Garcia en zijn regering beschuldigt van genocide. Vrijwel meteen werd er een arrestatiebevel uitgevaardigd tegen Pizango. Hij wordt beschuldigd van het aanzetten tot geweld, samenzwering en rebellie. Pizango heeft volgens Amazone Watch echter nooit geweld nagestreeft en er juist altijd voor gezorgd dat de verschillende inheemse bevolkingsgroepen samen een vreedzaam protest voerden. Pizango heeft inmiddels zijn toevlucht gezocht tot de Nicaraguaanse ambassade die hem asiel heeft verleend.

De inzet van het conflict is een aantal decreten (nooit goedgekeurd door het congres) die het de regering makkelijker maakt stukken regenwoud te verkopen aan multinationale bedrijven zonder daarvoor de inheemse bevolking te raadplegen. Deze decreten vormen onderdeel van het Vrijhandelsverdrag dat Peru vorig jaar heeft gesloten met de VS. De decreten druisen echter in tegen de Peruaanse grondwet waarin staat dat inheemse bevolkingsgroepen inspraak horen te hebben in beslissingen omtrent hun woon- en leefgebied. Ook ILO verdrag 169 en de Verklaring van Inheemse Volkeren van de Verenigde Naties, beide onderschreven door de Peruaanse regering, erkennen dit recht van inheemsen. De inheemse bevolkingsgroepen willen dan ook dat deze decreten worden teruggedraaid.

President Alan Garcia, een enorme voorstander van vrije handel, wil hier echter niks van weten en rechtvaardigt het optreden van de politie door te zeggen dat "de demonstranten niet moeten denken dat de Amazone van een stelletje inheemsen is; de Amazone is van alle Peruanen" en dat "40.000 inheemsen niet het recht hebben 28 miljoen Peruanen toegang tot hun land te ontzeggen; doen ze dat wel dan zal Peru verworden tot een achtergesteld, primitief land". Hij vergeet alleen even dat de Amazone niet verkocht wordt aan Peruanen, maar aan buitenlandse investeerders die erg rijk gaan worden van alle olie, gas en mineralen die ze daar gaan ontginnen en die daarnaast waarschijnlijk, net als vrijwel alle mijnen in Peru, het milieu gaan vervuilen. Garcia stelt daarnaast dat er sprake is van een complot tegen zijn regering waar de linkse presidenten Hugo Chavez van Venezuela en Evo Morales van Bolivia bij betrokken zouden zijn.

Tientallen organisaties uit binnen- en buitenland hebben inmiddels hun bezorgdheid geuit over het buitensporige geweld van de Peruaanse politie en roepen op tot een stop van het geweld, het respecteren van de mensenrechten, een onafhankelijk onderzoek naar het bloedbad, het straffen van de schuldigen en een dialoog tussen de regering en de inheemsen.

Ik kan me enorm opwinden over dit soort situaties. Het is zo frustrerend en oneerlijk. Net als mijn vorige verhaal over de kinderen die de Peruaanse regering letterlijk in de kou laat staan toont ook dit verhaal weer hoezeer de centrale regering en elite in Lima ontvreemd is van de rest van het land. Ze gaan letterlijk over lijken.

Hieronder volgt een uitermate helder en compleet beeldverslag in het Engels over de confrontatie en de achtergronden van het conflict:



Voor foto's van de confrontatie (genomen door de Vlaamse vrijwilligers) klik hier. Let op: sommige beelden zijn schokkend.

En wil je iets doen tegen al dit onrecht (en dat wil je natuurlijk na het lezen van dit verhaal) schrijf dan een brief aan president Alan Garcia. Onderteken simpelweg de voorbeeldbrief op de website van Amazone Watch. Zie hier.

dinsdag 2 juni 2009

De Peruaanse griep?

Net als in Nederland is de Mexicaanse griep in Peru een belangrijk onderwerp van het nieuws. Elke dag staat er wel een bericht in de krant en er worden vele minuten van het journaal aan gewijd. Inmiddels zijn er 41 bevestigde gevallen, niemand is er nog aan overleden. Overtrokken? Misschien niet, de Mexicaanse griep is immers een gevaar voor de volksgezondheid. Maar het is wel wrang als je beseft dat er in de media nauwelijks wordt gerept over de inmiddels 133 kinderen die zijn overleden aan de gewone griep en longontsteking als gevolg van de enorme kou in de hooglanden.

Elk jaar rond deze tijd daalt de temperatuur in de hooglanden. Overdag schijnt de zon fel en kan het zomers warm worden, maar 's avonds daalt de temperatuur aanzienlijk. Inmiddels zijn in de hooglanden van Cusco, Puno en Arequipa temperaturen gemeten van tussen de -15 en -20 graden. En het Peruaanse winterseizoen is pas net begonnen!

Nou is een nachtelijke temperatuur van -15 graden niet zo erg als je lekker onder je dekbed ligt in een kamer met centrale verwarming en dubbele beglazing. Maar deze mensen wonen in lemen huisjes, met slecht sluitende deuren en ramen en uiteraard geen verwarming. De plaatjes van jongens en meisjes in traditionele kleding zien er natuurlijk mooi uit, maar geven ook meteen weer dat de kinderen totaal niet gekleed zijn op de kou. Het dragen van sandalen, rokken en vestjes in plaats van schoenen, broeken en winterjassen is eerder regel dan uitzondering. Op de foto's van hun schattige gezichtjes is duidelijk te zien wat de kou met hen doet: korsten op de wangen en neuzen vol met snot.

Meisje gekleed in vestje, rok (gelukkig met maillot eronder) en sandalen

Korstjes op de wangen en snot in de neus door de kou

In Nederland ga je niet zo snel dood aan griep of longontsteking. Mensen die in ons land, of welk anders Westers land dan ook, sterven aan dit soort ziektes hebben vaak al onderliggende gezondheidsproblemen. En dat is precies wat er met deze kinderen ook aan de hand is. De mensen die in de hooglanden wonen behoren tot de armsten van Peru. Veel kinderen zijn chronisch ondervoed en hebben daardoor een zwak immuunsysteem. Een griepje is dan al snel fataal. Daar komt nog bij dat men geen geld heeft om naar een dokter te gaan. Besluiten om naar een dokter te gaan gebeurt meestal pas als de situatie echt ernstig is en dan is het vaak al te laat.

Nu is de kou, hoewel dit jaar wellicht iets ernstiger dan andere jaren, een seizoensverschijnsel, dus je zou denken en verwachten dat de Peruaanse regering erop voorbereid is en voorzorgsmaatregelen neemt. Dat zou je inderdaad denken, maar niets is minder waar. De afgelopen vier jaar is het sterftecijfer van kinderen door de kou alleen maar toegenomen. Voor de regio Puno waren dit jaar 12.000 vaccins voor longontsteking en 4.000 griepprikken voor kinderen beschikbaar gesteld, maar slechts 10% daarvan is gebruikt. Veel mensen hebben nog altijd nauwelijks toegang tot gezondheidsvoorzieningen, simpelweg omdat ze te afgelegen wonen. Bovendien zijn de gezondheidscentra in de hooglanden van Peru van zeer slechte kwaliteit. Vaak beschikken ze maar over enkele gezondheidswerkers en hebben ze een gebrek aan bijna alles. Veel van de centra kunnen een simpele longontsteking niet eens behandelen.

Ondertussen zijn in het land inzamelingsacties van geld en kleren opgestart. Hoewel het natuurlijk goede initiatieven zijn hebben de mensen in de hooglanden geen baat bij jaarlijkse noodhulp in de vorm van kleren en dekens. Waar de mensen echt behoefte aan hebben is een structurele verbetering van de gezondheidszorg en preventie maatregelen!

Dit verhaal is illustratief voor de structurele armoede en uitsluiting van de inheemse Andes bevolking en waar dat toe leidt. Of, zoals een Peruaanse blogger schrijft: "In the end, what kills the most in this country, are not diseases, it is indifference".

Voor meer informatie zie hier (in het Engels).

Ik wil er trouwens even bij zeggen dat het hier echt gaat over de hooglanden (gebieden van rond en boven de 4.000 m). In Cusco is het 's avonds ook koud, maar gelukkig vriest het nog niet. En in Urubamba, dat een stuk lager en in een vallei ligt, is het helemaal niet zo koud.

maandag 1 juni 2009

De Peruaanse Stichting Aap

Vorig weekend wilden Barry en ik eigenlijk iets leuks gaan doen voor mijn verjaardag, maar het kwam er niet echt van. Zaterdagavond wel gezellig iets gedronken met zijn zessen (tja, we kennen nog niet echt veel mensen) in een bar waar op dat moment toevallig een leuk bandje speelde, maar overdag kwamen we niet veel verder dan door de stad lopen en de twee Topitop winkels van Cusco bezoeken. Nou is de Topitop een soort H&M, dus voor mij eigenlijk wel een uitje, maar om nou het hele weekend in de Topitop rond te hangen is ook zoiets (alhoewel?).

We wisten alleen echt niet wat we konden gaan doen. In de omgeving van Cusco heb ik de belangrijkste bezienswaardigheden al gezien toen ik hier de vorige keer was en al het overige is te ver weg om in twee dagen te kunnen bezoeken. Gelukkig kwam Walter (Nederlandse kennis van ons) met het idee om een dierenopvangcentrum te bezoeken. De meesten van jullie weten wel dat ik erg van dieren hou dus dit voorstel kwam als geroepen.

Nieuwsgierige schildpad

Het bleek om een soort Peruaanse Stichting Aap te gaan. Het centrum zet zich in om verwaarloosde en mishandelde dieren in beslag te nemen en een beter leven te geven. Zo hebben ze twee poema's die in een disco in Lima gedrogeerd werden zodat bezoekers met ze op de foto konden. De verzorger vertelde dat de poema's ontwenningsverschijnselen hadden toen ze pas in het opvangcentrum waren. Ook hebben ze drie condors. Twee van de condors waren vergiftigd, de derde is in beslag genomen in de provincie Ayacucho waar condors vastgebonden worden op de rug van stieren om een aparte versie van het stierenvechten te houden (de stier stelt de Spanjaard voor, de condor de Inca).

Verwaarloosde Peruaanse naakthond
Dat hij geen haar heeft komt dus niet door verwaarlozing, zo zien ze er gewoon uit. Mooi van lelijkheid

Verder heeft het centrum twee hertjes, enkele ganzen, een schaap, schildpad, een groep papegaaien en een aantal spuuggrage lama's en alpaca's (wat Barry aan den lijve ondervond). Het centrum is niet groot en vrij primitief, maar wat een prachtig initiatief!

Iemand een idee hoe dit schattige beestje heet?
Let ook eens op zijn misvormde achterpootjes