Op maandag 29 juni was het in Peru een nationale feestdag en dus besloten Barry en ik om eens een weekendje ergens naartoe te gaan. De keus viel op Quillabamba, een stad aan de andere kant van de Andes, richting de Amazone.
Op zaterdagochtend vertrokken we in alle vroegte in een bus. Ongeveer een uur later hadden we al ons eerste "ongeluk". We reden over een zandpad (veel te hard natuurlijk) toen er ineens een taxi (ook veel te hard natuurlijk) om de bocht kwam. Ik geloof dat we zijn spiegel eraf reden. Na wat oponthoud gingen we verder.
De route was ontzettend mooi. De bus klimt zichzachend omhoog tot ongeveer 4.300 meter. Het landschap wordt steeds kaler en de bergen met sneeuw worden steeds duidelijker zichtbaar. Vervolgens daalt de bus aan de andere kant van de Andes op dezelfde manier af. Ik was ontzettend verbaasd hoe snel het landschap veranderde. Hoewel we nog steeds op grote hoogte zaten was de andere kant van de berg vrijwel meteen na de top veel groener. De oostflank van de Andes komt uiteindelijk uit in de jungle (de Amazone), maar ik had niet verwacht dat het verschil al zo snel duidelijk zou zijn. Het landschap was ongelofelijk groen. Vooral als je het kale, dorre Cusco gewend bent. Overal stonden bananenbomen, koffieplantages, theeplantages, etc.
Quillabamba zelf stelt eigenlijk niet veel voor. Daar kwamen we snel genoeg achter. Niet een van de restaurantjes in onze twee reisgidsen bestond nog. Uiteindelijk hebben we voor 18 sol (ongeveer 4,25 euro) met zijn tweeën in een lokaal restaurantje ieder een heerlijk kippetje gegeten inclusief een halve liter cola.
Op zondag besloten we naar het zwembad te gaan. We hadden namelijk gehoord dat er in de buurt van Quillabamba een heel mooi zwembad moest zijn. En omdat het in Quillabamba, dat ook wel stad van de eeuwige zomer wordt genoemd, super warm was vonden we dat geen slechte keus. We werden naar het zwembad gebracht net buiten de stad. We moesten welgeteld 10 eurocent entree betalen per persoon. Het complex was erg mooi aangelegd, maar het water was wel een beetje vies. Maar goed, we zijn inmiddels wel wat gewend en dus hebben we de hele dag lekker gezond en gezwommen. Om er vervolgens 's avonds achter te komen dat we die dag ook helemaal lek gestoken waren door kleine, stomme steekvliegjes. Twee weken later hadden we er nog last van.
Die avond kwamen we Suzanne en Jaime tegen die ook in Quillabamba waren. Zij vertelden ons dat we naar het verkeerde zwembad waren gegaan. Maar goed, we hadden nog een dag, dus maandag de tweede poging. Na een tussenstop bij een waterval (die niet veel voorstelde, of hebben wij inmiddels tijdens onze reizen teveel watervallen gezien?) gingen we op weg naar Echerate. Een super klein dorpje dieper de jungle in. De weg was onverhard en het landschap erg mooi. Ik had echt het idee dat we al redelijk in de jungle zaten. Zo anders dan het Peru dat ik ken. De taxi's hier nemen trouwens iedereen mee die ze onderweg kunnen oppikken dus op een gegeven moment zaten we met 7 volwassenen en 1 kind in de taxi (4 voor en 4 achter, het kan echt!). Na een uur kwamen we aan in Echerate, om ons te vergapen aan het belachelijk mooie, schone en grote zwembad om er vervolgens achter te komen dat het gesloten was vanwege de feestdag. Argggggg!! Nou ja, de reis ernaartoe was mooi zullen we maar zeggen. Na nog ongeveer een uur gewacht te hebben in dit super kleine dorpje hadden we eindelijk transport voor de terugreis en in een rotvaart reden we terug naar Quillabamba. Daar vonden we het eigenlijk wel mooi geweest en besloten we ons al gekochte ticket voor de nachtbus weg te gooien en de 6 uur durende reis naar Cusco eerder aan te vangen.
Ondanks dat het weekend anders liep dan gepland (een dicht zwembad en tientallen jeukende bultjes van steekvliegjes plan je niet echt) was het zeker de moeite waard, alleen al omdat de omgeving zo anders was dan in Cusco.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten
Opmerking: Alleen leden van deze blog kunnen een reactie posten.